Heb jij enkele niet-begeleide minderjarigen op jouw school? En lopen zij tegen drempels aan? Hebben ze bijvoorbeeld moeilijkheden om dagelijks en op tijd op school te verschijnen? Zijn sommigen van hen gestopt met school, om vervolgens zonder veel kansen op de arbeidsmarkt te belanden, en voelde jij je daarbij machteloos? In deze blogpost geef ik enkele ideeën mee om vanuit de school met deze uitdagingen aan de slag te gaan. En belangrijker nog: dat niet alleen te doen!
Een uitdaging voor de jongeren
Voor wie hen nog niet kent: niet-begeleide minderjarigen zijn veelal jongens, tussen 15 en 18 jaar, die gevlucht zijn en zonder ouders in België aankwamen. Exacte cijfers hebben we niet, maar alleen al op de Gentse OKAN-scholen zitten er naar schatting 80 tot 100 van deze leerlingen. Scholen en opvanginitiatieven zien hun aantal de laatste jaren snel stijgen. Het zijn vooral jongeren uit Afghanistan, maar ook heel wat uit Somalië, Syrië en Eritrea.
Gent, 19 oktober 2021. Enkele van deze jongeren delen hun verhalen en dromen met ons in een lifechangerspel en zelfgemaakte filmpjes. Daarin vertellen de jongens wat hen wel of net niet stimuleert om te leren op school. Het wordt snel duidelijk dat de school en een diploma behalen geen prioriteiten zijn. Familieleden in hun land van herkomst zijn dat wel. Hen gelukkig maken, herenigen en jongere broers en zussen kansen op een beter leven bieden. Om die dromen te realiseren, hebben ze geld nodig, en dus werk. Als minderjarigen zijn ze hier in België echter leerplichtig en belanden ze op de schoolbanken, te starten bij OKAN.
“Ik heb overal problemen mee, om met de bus op school te geraken, het wandelen naar school. ’s Nachts kan ik niet slapen door stress. Daardoor ga ik soms niet naar school, zonder slaap gaat dat niet. Als ik toch naar school ga, ben ik heel moe.” (Afghaanse jongen, 16 jaar)
Deze jongeren hebben vaak al heel wat doorgemaakt en bevinden zich in stresserende omstandigheden: zoeken naar een woonst, slaapproblemen, poging tot gezinshereniging, aanvraag tot erkenning, psychische problemen… . Soms hebben ze weinig zicht op hun talenten en zeker op de keuzemogelijkheden, waarover ze zich moeizaam informeren. Wanneer ze uit verschillende hoeken verschillend advies krijgen aangereikt, door de versnippering in begeleiding, wordt dit nog moeilijker.
… én een uitdaging voor de school
Werk je op school met deze jongeren, als leerkracht, leerlingenbegeleider of vervolgschoolcoach, dan heb je het misschien ook niet makkelijk om hen goed te begeleiden en te oriënteren. De geschetste problemen hebben stuk voor stuk een impact op het schoollopen en de leerresultaten. Wie kampt met welbevinden, komt veel moeilijker tot leren. Wie op hete kolen zit om te werken en geld te verdienen, ervaart school als een overbodige tussenstop. Hier kan je vanuit jouw positie soms moeilijk mee aan de slag. Toch kan je met enkele goedgekozen acties een verschil maken.
Idee 1: betrek de welzijnssector en voorzie een veilige omgeving op school
Voor iemand tot leren kan komen, is welbevinden een cruciale voorwaarde. Dit geldt voor alle leerlingen, maar in het bijzonder voor niet-begeleide minderjarigen. Vanuit de school is het CLB hier je eerste aanspreekpunt. Maar durf ook verder te kijken naar andere welzijnswerkers die de jongeren bijstaan. Psychologen zijn vaak geremd door beroepsgeheim. Dit neemt niet weg dat zij prima geplaatst zijn om algemene adviezen te formuleren over acties die je als school kan ondernemen. Buddy’s en welzijnswerkers zijn aangewezen personen om de acties die je samen vastlegt te bewaken op langere termijn en te signaleren wat werkt en waar eventueel aanpassingen nodig zijn.
Maar je hebt niet altijd externen nodig om het welbevinden van de jongeren op school te vergroten. Uit ons traject bleek immers dat deze jongeren de school niet altijd als een veilige omgeving ervaren. Onaangename drukte en onrust tijdens pauzes, respectloze medeleerlingen, weinig schoolkeuze, en regels die als weinig constructief worden ervaren. Allemaal signalen die de jongeren zelf geven. Praat met hen en werk samen aan oplossingen. Voorzie bijvoorbeeld een rustig plekje om te zitten tijdens de pauze of bied een gratis of goedkoop broodje aan. Het zijn misschien kleine gebaren, maar ze zetten wel de toon.
Tijdens onze inspiratiedag op 13 december 2022 bieden enkele onderzoekers van HOGENT een sessie aan waarin ze de samenwerkingsmogelijkheden tussen onderwijs en welzijn met jou verkennen.
Idee 2: betrek VDAB en neem het onderwerp ‘werk’ bij je leerlingen serieus
Zoals gezegd, willen veel van deze jongeren zo snel mogelijk werk om iets te kunnen verdienen. Als minderjarigen krijgen zij rond werk echter geen standaardbegeleiding. Uit onderzoek weten we dat begeleiders soms tegenstrijdige adviezen rond opleiding of werk geven en vaak te snel toeleiden naar werk, vooral dan naar knelpuntberoepen. Interesses, talenten en mogelijkheden komen soms weinig aan bod. Vaak is een combinatie school-werk ideaal, maar bestaande programma’s vertonen te hoge drempels, waardoor net deze jongeren er niet voor in aanmerking komen. Geef deze leerlingen tijdens hun onderwijstraject al perspectief op werk en neem dit onderwerp voldoende serieus.
VDAB heeft een Intensieve Dienstverlening Anderstaligen, die 17- en 18-jarigen voorbereidt op arbeid. Is de drempel te hoog voor jouw leerlingen om naar VDAB te gaan? Medewerkers van deze dienst komen graag langs op school. Zij denken mee na over geschikte opleidingen (bijvoorbeeld OriëntatieWerkt), extra ondersteuning (bijvoorbeeld Jobteam Gent), en werk, inclusief studentenjobs. Bovendien bieden zij een aantal workshops aan, bijvoorbeeld om te werken aan attitudes die nodig zijn op de werkvloer. Start hier vroeg genoeg mee (idealiter tussen januari en april), zodat de leerling al een band heeft opgebouwd met de persoon die hem of haar naar werk zal begeleiden. Zo voorzie je een warme overdracht tussen school- en werkbegeleiders. Dit betekent een enorme meerwaarde, vooral omdat een uitgebreid netwerk quasi altijd ontbreekt én omdat heel wat ondersteuning wegvalt zodra de jongeren 18 worden.
Tijdens onze inspiratiedag op 13 december 2022 biedt VDAB een sessie aan waarin de samenwerkingsmogelijkheden tussen school en VDAB worden verkend.
Idee 3: betrek de voogd of begeleider van de opvanglocatie
Dit is de gemakkelijkste stap. Scholen hebben vaak al een goed contact met de voogd van de jongere en een begeleider van de opvanglocatie. Betrek hen bij het zoeken naar en uitvoeren van gepaste ondersteuning op school. Voogden kunnen tegelijk een sleutelrol spelen om het overzicht te bewaren tussen de verschillende begeleiders van de jongere en de adviezen die daar worden gegeven. Zij hebben vaak het beste helikopterzicht.
Durf vanuit je onderwijspositie te vragen of de voogd jou wil informeren over alle personen die de jongere op één of andere manier begeleiden. Dit kan gaan over een psycholoog, een VDAB-medewerker, een buddy, een maatschappelijk werker, enzovoort. Als school is het belangrijk een zicht te krijgen op deze omringende figuren en waar mogelijk met hen én de jongere in overleg te gaan. De voogd kan dit trekken door zelf deze mensen bij elkaar te brengen of jou hierbij te helpen.
Ook begeleiders van de opvanglocatie hebben een goed zicht op de noden van de jongeren en kunnen oorzaken scherp benoemen. Zij ervaren bijvoorbeeld dat een jongere slecht slaapt door traumaverwerking en daardoor niet op tijd op school geraakt. Bekijk samen met deze begeleiders en de jongere wat kan helpen.
Idee 4: Breng al deze actoren samen in een zorgnetwerkje
Je kan natuurlijk met alle bovengenoemde actoren apart in gesprek gaan naargelang de behoeften van jouw leerlingen. Wil je echter nog meer impact creëren en de jongeren nog beter helpen? Ga dan voor een echt zorgnetwerkje waarin je de jongere en al deze mensen en sectoren samenbrengt. Het initiatief kan je zelf opnemen op school of bespreken met de voogd. Alleen zo kom je tot een waar eenduidig advies op maat van de leerlingen. Betrek je in het netwerkje mensen die hen na 18 jaar begeleiden, is meteen een warme overdracht gegarandeerd.
Ondersteuning dus die geen rekening houdt met artificiële barrières tussen sectoren, die ophoudt bij behoeften in plaats van bij leeftijdsgrenzen, en die de persoon centraal zet in plaats van het systeem.
Toegegeven: dit hebben we niet zelf verzonnen. De afgelopen maanden zaten we samen met denkers en doeners uit al deze sectoren, waaronder het onderwijs. Net zoals de jongeren deelden zij hun noden en dromen, en zaten ze samen om het concept van deze netwerkjes uit te denken. Een goed werkend zorgnetwerkje ondersteunt de jongere samen bij het leren op school en de toeleiding naar werk. Het pikt signalen op, verwijst de jongere door waar nodig, informeert het beleid over terugkerende noden, en bewaakt het welbevinden als hefboom hierbij. Deze kruisbestuiving zorgt er bovendien voor dat iedere begeleider groeit in haar of zijn eigen werk. Jij kan op school bijvoorbeeld rekening leren houden met bepaalde psychische problemen die een begeleider uit de welzijnssector kan verduidelijken. Zo word je je bewust van de complexiteit van de situatie waarin de jongere zich bevindt en creëer je ruimte om bestaande systemen in hun voordeel om te denken.
Gebeten door het thema? Meer weten over zorgnetwerkjes en onze ervaringen hiermee? Op 13 december organiseert de Innovatiehub een inspiratiedag rond zorgnetwerkjes voor niet- begeleide minderjarigen. Meer info vind je op deze pagina. Aarzel niet en schrijf je in!
Deze inspiratiedag en blogpost vormen het eindpunt van een innovatietraject binnen de Innovatiehub Ontwikkelen in Diversiteit. In dit traject gingen we op zoek naar oplossingen om niet-begeleide minderjarigen beter te laten leren en naar passend werk te begeleiden. Daarvoor experimenteerden we met het idee van zorgnetwerkjes rond individuele jongeren. Daarin komen begeleiders van de jongeren uit verschillende sectoren (onderwijs, welzijn, arbeid, inburgering) bijeen om de jongere samen beter te ondersteunen.
Comments